Detailhandel in Veendam Centrum vergeleken met Emmeloord Stadshart: vrees voor winkelleegstand

Op 5 december 2012 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een tussenuitspraak gedaan over de detailhandel in het bestemmingsplan “Emmeloord – De Deel Stadshart”. De commotie (FD, Volkskrant) over deze tussenuitspraak is inmiddels wat gaan liggen.

In deze tussenuitspraak is de gemeenteraad van Emmeloord opgedragen alsnog onderzoek op basis van actuele gegevens te doen naar de behoefte aan uitbreiding van detailhandel. Beoordeeld moet worden of het plan in het licht van de uitkomsten van het onderzoek in stand kan blijven. In het plan in deze gemeente betrof de overcapaciteit 9% aan detailhandel. Daar zou na planrealisatie sprake zijn van 33.200 m2 wvo detailhandel bij een verwachte behoefte in het behoudende scenario en rekening houdend met bestaande leegstand van 30.300 m2.

Veendam

Interessant is het beroep op deze tussenuitspraak door vastgoedeigenaar Bun tegen het bestemmingsplan “Veendam Centrum, Kerkstraat West”. Over dit plan heeft de Afdeling op 4 september 2013 een uitspraak gedaan. Het plan voorziet in een uitbreiding van aanwezig detailhandel met nieuwe winkels, parkeerplaatsen en appartementen boven winkels. Voor de aanloopgebieden geldt een uitsterfconstructie en de detailhandel in deze aanloopgebieden zal naar de winkelcentra gaan.

Het Kerkplein telt niet als detailhandel mee 

Bun had eerst aangevoerd dat het Kerkplein ten onrechte niet in het plan was opgenomen omdat daar ook detailhandel komt. De beleidsvrijheid ten aanzien van de begrenzing van het bestemmingsplan blijft echter overeind. Dat de gemeente onderzoekt of daar detailhandel mogelijk is, staat daar volgens de Afdeling los van en maakt niet dat sprake is van een onlosmakelijke samenhang met het plangebied waar het om gaat. Voor de uitbreiding van het aantal vierkante meters blijft het Kerkplein buiten beschouwing.

Een terechte vergelijking bij leegstand en verpaupering?

Dan het beroep op leegstand. Volgens Bun leidt het plan tot leegstand en verpaupering van bestaande winkelgebieden. Dat heeft negatieve gevolgen voor het ondernemersklimaat in de gemeente. Ondernemers zullen wegtrekken uit minder aantrekkelijke plekken vanwege de extra detailhandel. Dit risico is groot omdat er al een groot deel van de winkels leegstaat en omdat Veendam volgens Bun een krimpgemeente is. Voor het belang om leegstand te voorkomen doet Bun een beroep op de tussenuitspraak over Emmeloord.

Bun slaagt evenwel niet in haar betoog. De Afdeling gaat met de raad mee waar zij zich op het standpunt heeft gesteld dat het plan niet zal leiden tot onacceptabele leegstand en verpaupering van winkelgebieden. De toevoeging van plan met slechts 600 m2 is gering en er is een gemeentelijke streven naar concentratie van detailhandel die via een afwijkingsbevoegdheid in winkelcentra mogelijk is. Niet gebleken is dat het krimpcijfer van 7 % voor de regio Oost-Groningen ook geldt voor Veendam en dat niet uitgegaan kon worden van een ongeveer gelijkblijvend inwonertal voor Veendam. De vergelijking tussen Veendam en Emmeloord gaat dus mank.

What will it be?

De spanning over de einduitspraak Emmeloord Stadshart stijgt. De einduitspraak laat in ieder geval niet lang meer op zich wachten. Volg ons en blijf op de hoogte van juridische ontwikkelingen over winkelleegstand.

 

De citeerwijze van dit artikel is AKSonline 2013/19 nt L.J. Smale.