Het bestemmen van de ondergrondse met de bovengrondse hoogspanningslijn

Het tracé van de  ondergrondse hoogspanningsverbinding van 21 km lang tussen twee transformatorstations viel samen met die van de bestaande bovengronds hoogspanningsverbinding. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft zich op 3 augustus 2016 (ECL:NL:RVS:2016:2142) over het plan “ Ondergrondse Hoogspanningsverbinding Landelijk Gebied Koggenland” gebogen. Deze is een partiële herziening van het bestemmingsplan “Landelijk Gebied Koggenland 2013” dat dus zag op de bovengrondse hoogspanningsverbinding.

De dubbelbestemming “Leiding- Hoogspanning” moet in deze herziening in de ondergrondse leiding voorzien. De gronden met deze dubbelbestemming, zijn “behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor een ondergrondse 150 kV hoogspanningsleiding”, aldus de planregel. De bedoeling daarvan is dat de basisbestemmingen uit het oude plan ongewijzigd blijven en de dubbelbestemming wordt toegevoegd.

Geen correcte wijze van bestemmen van de ondergrondseondergrondse

Agrariërs zijn het niet met de wijze van bestemmen eens. De Afdeling geeft hen daarin gelijk. De Afdeling oordeelt dat volgens de systematiek van de Wet ruimtelijke ordening een bestemmingsplan kan worden vastgesteld dat alleen voorziet in de planonderdelen die ten opzichte van een bestaand bestemmingsplan worden gewijzigd.  Echter het rechtszekerheidsbeginsel vereist wel dat in een schakelbepaling ondubbelzinnig wordt bepaald welke planregels uit het vorige bestemmingsplan (gedeeltelijk) van toepassing blijven. Ook dient in de planregels te zijn vastgelegd voor welke gronden het bestemmingsplan gedeeltelijk van toepassing blijft. De schakelbepaling in de planregel voldoet daar niet aan. Er moet alsnog een toereikende schakelbepaling worden vastgesteld.

Beperking gebruik

De agrariërs vonden ook dat de agrarische gebruiksmogelijkheden te veel beperkt werden door het aanlegvergunningensysteem in de planregels. Die staan in de weg aan een normaal agrarisch gebruik, waarvoor geen vergunning is vereist.
Het gaat dan om het wijzigen van het maaiveld, het aanbrengen van diepwortelende beplanting, het diepploegen, het aanleggen van drainage en het in de grond slaan van paaltjes. De gemeenteraad en TenneT erkennen dat het niet de bedoeling is om geen normaal agrarisch gebruik toe te staan. De Afdeling oordeelt vervolgens dat deze planregels nauwkeuriger moeten worden omschreven.

Hoe diep ligt de ondergrondse hoogspanningslijn?

Helaas blijkt uit de uitspraak niet hoe diep deze ondergrondse hoogspanningsleiding komt te liggen. Eerder heeft de Afdeling bestuursrechtspraak geoordeeld over de ondergrondse 150kV-verbinding Geervliet-Middelharnis.1 TenneT kwam daarin op tegen de planregel die niet meer verplichtte tot een omgevingsvergunning bij het aanleggen van drainage. Voor de veiligheid zouden volgens TenneT slechts ingrepen tot maximaal 1 meter diepte kunnen worden vrijgesteld van het omgevingsvergunningvereiste.

De ligging van de ondergrondse 150 kV-verbinding op basis van het bestemmingsplan, zeker voor overheden, mag voldoende bekend worden verondersteld. Door het vestigen van zakelijke rechten op particulier eigendom mag er vanuit worden gegaan dat het veiligheidsaspect bij particuliere eigenaren en gebruikers voldoende in beeld zal zijn. Dit ook door de verplichte KLIC-melding die moet worden gedaan voorafgaand aan mechanische graven. In dat kader is ook een rol is voor de netbeheerder weggelegd. De Afdeling was dan ook niet overtuigd dat een omgevingsvergunningplicht voor de aanleg van drainage uit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening noodzakelijk is als extra waarborg voor veiligheid.

1 ABRvS 20 april 2016, ECLI:NL:RVS: 2016: 1070.

 

De citeerwijze van dit artikel is AKSonline 2016/1 nt Smale.